De Franse doppenfabriek Le Bouchage Mécanique deed in 1959 een schokkende uitvinding: een afsluiter voor de limonade-industrie waar je géén flesopener voor nodig had, zoals bij de toen heersende kroonkurk. Dit wondertje van techniek doopten ze bouchon à vis, oftewel schroefdop.
Tien jaar later kwam een pientere wijnboer in Australië op het idee om zijn flessen wijn niet meer af te sluiten met een kurk, maar met die maffe limonadedop. Bingo! Zijn wijnen werden niet meer besmet met de kurkbacterie en met name de witte wijn en de rosés leken frisser en fruitiger onder die schroefdop vandaan te komen dan onder een kurk. Australische en Europese wijnproducenten volgden zijn voorbeeld en begin 2000 startte de schroefdop een wereldwijde triomftocht. Zeven jaar later werd de helft van alle wijnen in de wereld gebotteld met deze limonadedop.
Inmiddels is de screw cap in Australië en Nieuw-Zeeland de norm. Zelfs bij wijnen van boven de 30 dollar kijkt niemand daar meer van op.
Wijnen die het moeten hebben van hun jeudig karakter en frisheid zijn uitermaten geschikt voor een schroefdop, de wijn evolueert namelijk veel minder dan bij een echte kurk waar er sprake is van mirco oxidatie. Deze micro oxidatie is dan weer zeer verdienstelijk voor het verder evolueren en ontwikkelen van aroma’s… Voornamelijk rode wijnen hebben hier baad bij, voor wit gaat dit vooral over wijnen die een opvoeding op houten vaten hebben ondergaan. Rosé wijnen en schroefdoppen zijn een perfecte combinatie…
Kruk VS schroefdop, wat verkies jij?